ontslag statutair

Aanzeggen – hoe doe je dat?

Aanzeggen

Het lijkt zo simpel, en ongetwijfeld was het ook zo bedoeld: infomeer een werknemer tijdig en schriftelijk over het al dan niet voortzetten van diens arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (zie ons artikel van 3 juli 2015). Het idee achter de regel is dat een werknemer met een contract voor bepaalde tijd tijdig duidelijkheid krijgt dat hij iets nieuws moet gaan zoeken. Wordt niet op de goede manier (schriftelijk) en/of te laat aangezegd, dan heeft de werknemer recht op een aanzegvergoeding van maximaal een maandsalaris.

Ook hier blijkt de praktijk sterker dan de leer. Ging de discussie eerst nog over het begrip ‘schriftelijk’ (anno 2016), onlangs moest de rechter weer een “aanzegknoop” doorhakken. Deze keer over de vraag of een werknemer die zelf aangeeft weg te willen tòch nog moet worden aangezegd. De reden voor het besluit van de werknemer om te vertrekken is even simpel als praktisch: een nieuwe baan. Voor de volledigheid: die nieuwe baan sloot naadloos aan op de ‘oude’ arbeidsovereenkomst.

Wanneer aanzeggen?

Het eerste antwoord dat te binnen schiet, zal een antwoord zijn in de trant ‘nee, want de werknemer gaat zelf weg, dus aanzeggen is nutteloos’. De Almelose kantonrechter tapte uit een ander en juridisch vaatje: het gaat er uitsluitend om dat een werkgever tijdig en schriftelijk aanzegt. Gedragingen van een werknemer zijn dus niet relevant.

Hoewel zeker vraagtekens kunnen worden gezet bij de vraag of de praktijk hiermee  nu echt is gediend, maakt het vonnis het belang van een tijdige en juiste aanzegging weer eens duidelijk. Een schrale troost voor de werkgever: de rechter matigde de aanzegvergoeding tot de datum waarop de werknemer aangaf een nieuwe baan te hebben. In dit geval was dat een periode van 4 dagen en kwam de werkgever met de schrik en een aanzegvergoeding van € 296,- vrij.